Jaren heb ik ‘doorgedouwd’ met mijn werk. Doorgaan, aanpakken, bezig blijven, huppekee. Geen zee te hoog voor mij. Geen tijd om me moe te voelen, ik was altijd in de benen. Heb me zelden met mijn hart afgevraagd of ik iets wel wilde, deed alles vanuit mijn hoofd. En dat in combinatie met een jong gezin, gaan met die banaan!
De laatste paar jaar sta ik mezelf toe te voelen. Voelen wat me energie geeft en wat me energie kost. Zowel thuis als met mijn werk. Dat leidt tot bijzondere situaties. Want als je eenmaal gevoeld en uitgesproken hebt dat je ergens geen energie van krijgt, dan is doordouwen / gaan met die banaan / huppekee geen optie meer. Het lukt eenvoudigweg niet meer. Alsof ik blokkeer. Mijn hele lijf wordt zwaar, mijn rug en schouders doen zeer, mijn ogen worden droog.
Ik vond dat allemaal maar eng. En ongemakkelijk. Ging nog meer aanpakken/huppekee/bezig blijven. En mijn lijf maar protesteren. Harder werken. Lijf ging meer tegenstribbelen. Het werd écht ongemakkelijk. Dat ging pas beter toen ik ging erkennen dat ik niet van alles energie kreeg. Het ging benoemen. Naar mezelf en naar mijn omgeving. Toen kwam de rust en de ruimte die mijn lijf zo nodig had. En die mijn hart zo nodig had. Dat ging niet vanzelf. Ook coaches laten zich coachen als ze slim zijn, en met hulp van mijn eigen coach heb ik huppekee / gaan met die banaan achter me kunnen laten. Zodat ik een nog betere coach kon worden.
Voelen geeft ongemak. Zeker waar. En daarna zoveel ruimte. Dus doordouwer / aanpakker / bezig blijver: ben je klaar voor ongemak?
[cta id=”7004″ vid=”0″]